Voor de N-VA is een uitbreiding van de luchthaven op dit moment niet aan de orde. Wat de luchthaven dringend nodig heeft, is een Vliegwet. De Vliegwet moet gebaseerd zijn op het logisch, historisch baangebruik, rekening houdend met de wind en alle veiligheidscriteria. Voor de N-VA betekent dit concreet het Plan Schouppe met enkele wijzigingen. Het zal dan op basis van de Vliegwet zijn dat groeivoorstellen voor de luchthaven (inclusief eventuele uitbreidingsplannen) kunnen onderzocht en in vraag gesteld worden.

Volgens de N-VA is een Vliegwet dringend maar zal de politieke situatie (lokale verkiezingen dit jaar, nationale verkiezingen volgend jaar) enige vooruitgang op korte/ middellange termijn ten zeerste bemoeilijken. Desalniettemin doen wij ons uiterste best binnen de federale regering om hierin tot een doorbraak te komen.

Wanneer de N-VA pleit voor een eerlijke spreiding, bedoelt ze niet dat vluchten meer ‘gespreid’ moeten worden maar vooral dat er een eerlijkere verdeling van de vluchten moet zijn tussen Vlaams-Brabant en Brussel, en dat dus een percentage van de vluchten boven Brussel moet vliegen. Brussel kan geen no-fly zone worden.

Wat betreft samenwerking tussen Zaventem en andere luchthavens, zegt de N-VA dat het nooit zal toegeven aan een boycot vanuit het zuiden van het land. Het is duidelijk dat de politieke houding van de Franstaligen in dit dossier eerder gericht is op het beconcurreren van de luchthaven van Zaventem door de Waalse luchthavens, dan het belang van de luchthaven zelf en de economische meerwaarde voor de regio.

In verband met het intensievere gebruik van de dwarsbaan, stelt Bart Nevens dat de luchthaven dit kan realiseren binnen de huidige contouren. Een goede Vliegwet zal een goede totaaloplossing moeten bevatten. Het is niet aangewezen om er één element/één route uit te lichten. Alles zal deel moeten uitmaken van een groter, evenwichtig geheel. Een intensiever gebruik van baan 19 brengt verhoogde veiligheidsrisico's met zich mee (met name de landingen op 25L en opstijgen op baan 19) en kan dus niet zomaar als piste voor voren worden geschoven.
 
(Auteur: Matthias Diependaele, fractievoorzitter N-VA Vlaams Parlement)